Vergeef me, ik ben een ‘voetbalkenner’

Ik beken: ik ben een voetbalkenner. Of ik doe me toch zo voor. Het spijt me. Ik verontschuldig me bij deze voor de komende vier weken van doordrammen, prognoses, pronostieken en semi-intellectuele analyses.

grass sport game match
Photo by Pixabay on Pexels.com

Eindelijk! Eindelijk zijn ze daar weer: de Messis, Iniestas, Nainggolans (oeps) van deze wereld nemen het opnieuw tegen elkaar op. De Neymar Jr.’s, Pogbas, Dembélés (er zijn er twee!) en Hazards (ook twee stuks!) vechten een maand lang uit wie zich de opperbinken mogen noemen van de wereldsport n°1. Koning voetbal is eindelijk terug om zijn koninkrijk weer op te eisen. Het waren twee lange jaren, maar de zonneschijn komt eindelijk na de regen.

Sta me toe om deze gelegenheid meteen ook aan te grijpen om mijn welgemeende excuses aan te bieden. Vergeef me, want ik ben een voetbalkenner. Een patser die te pas en te onpas zijn kennis over the beautiful game bovenhaalt. En dat niet ter bevordering van de groepssfeer of wereldvrede, maar simpelweg om te tonen dat ik er iets van kén. Ongevraagd zal ik de komende vier weken mijn analyses bovenhalen, luid spreken over ‘die valse nummer 9’, zonder dat het iets met het karakter van die speler te maken heeft.

Ik zal het hebben over ‘goh, die nummer 10 komt beter tot zijn recht op de 6’ en ‘ze zouden hem beter uitspelen als een target man in plaats van als diepliggende aanvaller’. Op de middag zal ik mijn collega’s vertellen dat er meer in zat voor de Belgen als ze koning Radja hadden meegebracht ‘want dat is een stormram waarmee je een verdediging kan ontwrichten’. Voor dat alles: mijn welgemeende excuses.

Het zit namelijk zo: ik speel voetbalgames. Fifa en Football Manager. En als ik de communities en fandoms hierrond mag geloven, zijn wij beter dan wie ook geschikt om onze mening te verkondigen. Weten wij beter dan alle analisten wie goed is en wie niet, wie wereldkampioen zal worden en waarom het sop de kolen (niet) waard is. Het geeft ons het recht om andere meningen de grond in te boren, of ze af te doen als ‘het gespui van een niet-ingewijde’.

Daarnaast excuseer ik me alvast bij mijn huisgenoten. Bij de kat die de komende maand een kwart minder aandacht zal krijgen – de overige 75% komt toch van Cynthia – en bij mijn partner, die de komende weken meer zal fungeren als kokkin, maar dat wel doet op haar eigen voorstel.

Ten slotte excuseer ik mij, nogmaals, welgemeend. Ik zal mijn best doen mijn gezwets te beperken tot een halfuurtje per middagpauze, en een uurtje ‘s avonds, thuis. In ruil vraag ik een groot scherm om de wedstrijden van de dag te volgen, overal waar ik kom. Zet mij voor een scherm en ik zal zwijgen en braaf zijn. Deal? Deal.